aardbeienkwarktaart uit “Toen was koken heel gewoon”
Ingrediënten:
Voor de bodem:
- 150 gram zelfrijzend bakmeel
- 125 gram suiker
- Snuf zout
- 2 eieren
- 100 gram gesmolten boter
Voor de kwarkvulling:
- 460 gram volle kwark
- 460 gram aardbeien
- 185 gram suiker
- 11 blaadjes gelatine
- 250 ml room
- 1 citroen
Bereiding:
Verwarm de oven voor op 175 graden. Doe het meel, suiker, zout, eieren en boter in een kom en klop het met een garde of mixer tot een homogeen beslag. Leg een vel bakpapier op de bodem van een springvorm. Vet de zijkant van de vorm in met boter of olie. Schep het beslag in de vorm en bak die in 20 minuten gaar. Laat afkoelen.
Laat de gelatine 10 minuten weken in ruim water. Pers de citroen uit, schenk het sap samen met de suiker in een pan. Breng dat aan de kook en draai het vuur dan uit. Voeg de uitgelekte gelatinevellen al roerend toe aan het sap tot ze zijn opgelost.
Pureer 200 gram aardbeien met de staafmixer. Roer de aardbeienpuree door de kwark. Roer het gelatine-mengsel door de kwark. Klop de slagroom lobbig en spatel die zorgvuldig door het kwark-mengsel. Giet de kwarkvulling op de cakebodem. Zet de taart in de koelkast om op te stijven. Snij de overgebleven aardbeien in tweeën en verdeel die na 30 minuten over de taart. Zet de taart weer terug in de koelkast en laat hem daar nog 1.5 uur staan. Snij met een warm mes de taart los van de taartring en verdeel hem in 10 punten. Eet smakelijk!!
Dit recept komt uit mijn lees- kookboek “Toen was koken heel gewoon”.